Het is vreemd dat de Amerikaanse centrale bank bij het bepalen van het monetaire beleid juist gebruik maakt van economische cijfers die uitsluitend terugkijken en niet vooruit.
Net als inflatie zit ook de werkloosheid per definitie aan het einde van het proces. Er zijn tal van leidende indicatoren die een veel beter beeld schetsen over de toekomst, maar kennelijk durft de centrale bank na de misser over de tijdelijkheid van inflatie in 2021 niet meer vooruit te kijken. Dat is een groot verschil met vroeger toen centrale bankiers de rente al verhoogden als er inflatie in de pijplijn zat, ook in de wetenschap dat een renteverhoging pas na 12 tot 18 maanden het volledige effect heeft op de economie.
Afgelopen vrijdag was het Amerikaanse banenrapport beter dan verwacht voor wat betreft het nieuwe aantal banen, 223.000 in plaats van 200.000 verwacht. Het cijfer over november werd wel neerwaarts herzien tot 256.000. Tegelijkertijd bleef het aantal gewerkte uren achter bij de verwachtingen en vielen ook de uurlonen (4,6 procent op jaarbasis tegen 5,0 procent de vorige keer) tegen. Dit rapport is te sterk voor de Fed om te stoppen. Desondanks zal de Fed in februari de rente waarschijnlijk met 0,25 procent verhogen. Als de komende maandrapporten meevallen (in de zin dat de banengroei afzwakt) dan kan dat meteen de laatste renteverhoging zijn dit jaar. De markt rekent al op een renteverlaging in de tweede helft van dit jaar, maar dat oogt wat ambitieus.
Een cijfer dat duidelijk vooruitkijkt zijn de gegevens van de inkoopmanagers. Afgelopen vrijdag dook de inkoopmanagersindex voor de dienstensector voor het eerst in 2,5 jaar onder het evenwichtsniveau van 50, de index ging van 56,5 in november naar 49,6 in december. Afgezien van de coronapandemie was dit het zwakste indexcijfer sinds 2009. Economen rekenden op een indexniveau van 55. De nieuwe ordercomponent van de diensten ISM daalde van 56,0 naar 45,2! Ook de prijzencomponent daalde van 70 naar 67,6.
Komende donderdag worden de Amerikaanse inflatiecijfers over december gepubliceerd. Reken op een maand-op-maandstijging van de kerninflatie van 0,3 procent, na een stijging van 0,2 procent over november. Dat is duidelijker lager dan de decembermaand een jaar geleden en daardoor zal de inflatie duidelijk afnemen van 6,0 procent naar 5,7 procent. Voedselprijzen stegen in december met 0,5 procent, maar energieprijzen daalden met 2,8 procent. Het totale inflatiecijfer stijgt daardoor afgelopen maand met 0,07 procent en daardoor daalt het jaar-op-jaarcijfer van 7,1 procent naar 6,6 procent. Aan de goederenkant is er inmiddels sprake van deflatie, geholpen door de daling in de prijzen voor tweedehands auto’s.
Via: Auréus
- - -
Disclaimer
Beursblog.nl geeft geen beleggingsadvies, we proberen je te voorzien van nieuws, nieuwsoverzichten, blogs, columns, en uitleg. Dit om je handvatten en inzichten te geven om zelf de beslissingen te nemen die het beste bij jouw financiële situatie passen.
Gedetailleerde uitleg over hoe je onze berichtgeving dient te interpreteren vind je hier.
Meer informatie over wie we zijn, wat we doen, vind je hier.